De Europese Unie is een stap dichter bij de realisering van gratis publieke wifi-hotspots. Gisteren werd bekendgemaakt dat het Europees Parlement, de Raad van Europa en de Europese Commissie in totaal 120 miljoen euro vrijmaken voor de realisering hiervan. Alle lidstaten komen in aanmerking voor de subsidie.
Het project draagt de naam Wifi4EU en er ligt een duidelijke visie aan ten grondslag: “Elk Europees dorpje en elke stad moet uiterlijk in 2020 gratis draadloze internettoegang op publieke plekken hebben.” De hoop van Brussel is om in totaal 6.000 tot 8.000 gemeenten te voorzien van wifi-hotspots. Denk aan onder meer ziekenhuizen, openbare pleinen, restaurants en parken.
In de aankondiging valt te lezen dat “lokale openbare autoriteiten (gemeenten of groepen gemeenten) […] via een eenvoudig en niet-bureaucratisch proces de subsidie kunnen aanvragen.” Die subsidie is bedoeld om de noodzakelijke apparatuur aan te schaffen, de kosten van het wifi-aanbod moeten door de gemeenten zelf gedragen worden.
Het Wifi4EU-initiatief is bedoeld om de Europese burger te laten zien dat de Europese Unie niet alleen zorgt voor meer bureaucratie. Met dit soort acties hoopt men dat imago om te draaien en snel een positiever beeld over de Europese Unie te vormen. Vooral voor Oost-Europese en Zuid-Europese landen zal dit interessant zijn.
Onderzoeksbureau Eurostat laat zien dat de penetratie van breedbandinternet erg uiteen loopt. In Nederland heeft bijvoorbeeld 97 procent van de bevolking hier toegang toe, waar dat in landen als Bulgarije (64 procent) en Griekenland (69 procent) veel lager ligt.
Toch zullen die cijfers niet van invloed zijn op de eventuele toekenning van de subsidies. De Europese Unie schrijft dat elke gemeente een aanvraag in kan dienen en dat iedereen evenveel kans maakt. Een van de voorwaarden die men stelt aan de toekenning van de subsidie, is dat de wifi-hotspot lange tijd moet blijven bestaan.