Er zijn geen overtuigende bewijzen dat Proximus misbruik zou hebben gemaakt van haar machtspositie, ten nadele van onder meer de voormalige virtuele operatoren Dommel en Billi, en hun moederbedrijf Alpha 11. Dat meldt de Belgische Mededingingsautoriteit, die zijn onderzoek naar Proximus daarom stopzet.
Eind maart raakte bekend dat Dommel en Billi hun dienstverlenging zouden staken, na een conflict met Proximus. Het telecombedrijf, dat voor ruim de helft in handen is van de overheid, had beslist om het contract met de virtuele operatoren te verbreken omdat ze hun facturen niet betaalden.
“We zijn gebotst op een stevige monopolist die zijn best doet om de toegang tot het telefoonnetwerk en bij uitbreiding de toegang tot breedband via de telefoonlijn, te beperken voor virtuele operatoren”, luidde het echter bij Dommel en Billi.
De auditeur-generaal van de Belgische Mededingingsautoriteit opende op 15 februari een onderzoek naar Proximus op basis van inlichtingen van de groep Alpha 11. Volgens Alpha 11 zou Proximus ook onder meer de lancering van het nieuw televisieplatform “Choice” hebben willen verhinderen.
“Het onderzoek heeft geen overtuigende elementen aangebracht die de auditeur in deze zaak toelaten te besluiten dat de door het auditoraat onderzochte praktijken afzonderlijk of in hun geheel tot doel hebben om de groep Alpha 11 uit de markt te sluiten”, klinkt het echter. Het onderzoek is daarom stopgezet. De auditeur-generaal kan het onderzoek heropenen als nieuwe elementen aan het licht komen.
Bron: Belga