Western Digital (WD) slaagde erin het bedrag dat het moest betalen in een octrooizaak terug te brengen van 553 miljoen dollar naar slechts 1 dollar in na-procesverzoeken. De rechter oordeelde dat de claims van de eiser tijdens de rechtszaak waren gewijzigd.
Western Digital werd in oktober door een jury in Californië schuldig bevonden aan het schenden van octrooien op gegevensversleuteling die eigendom zijn van SPEX Technologies. Het ging om verschillende self-encrypting harde schijven, schrijft The Register.
Aanvankelijk moest WD 316 miljoen dollar aan schadevergoeding betalen. Districtsrechter James Selna oordeelde eerder dit jaar dat het bedrijf daarnaast nog eens 237 miljoen dollar aan rente verschuldigd was. Zo kwam het totale bedrag boven een half miljard dollar uit. In februari kreeg WD een week de tijd om een borg te stellen of het volledige bedrag te betalen.
De uitspraak dat opslagapparaten van WD, waaronder sommige Ultrastar- en My Book-producten, inbreuk maakten op SPEX-octrooi nr. 6.088.802 (het ‘802-octrooi), werd bevestigd, ondanks verzoeken van de fabrikant om een nieuw proces en om de bevindingen te vernietigen.
Deze verzoeken kwamen in de vorm van een Rule 50(b)-motie voor een uitspraak als een kwestie van recht – in wezen een verzoek om een oordeel ondanks de uitspraak van de jury – en een Rule 59-motie voor ontheffing van het vonnis en een nieuw proces.
Wel aansprakelijk, maar lagere schadevergoeding
Rechter Selna bepaalde dat WD’s Rule 50(b)-motie werd afgewezen wat betreft de aansprakelijkheid van het bedrijf, maar werd toegekend wat betreft de hoogte van de schadevergoeding.
De rechter stelde dat SPEX’s theorie over schadevergoeding tijdens deze rechtszaak veranderde wanneer bepaald bewijs en bepaalde theorieën niet langer beschikbaar waren. Op dat moment, en om de besproken redenen, was er daarom onvoldoende bewijs om een redelijke royalty vast te stellen.
Hij verwees naar eerdere zaken waarin een schadevergoeding niet nodig werd geacht als de eiser er niet in slaagde een geldbedrag voldoende te koppelen aan de inbreukmakende handelingen. Daarom stelde de rechtbank de schadevergoeding vast op een symbolisch bedrag van 1 dollar.
Om die reden werd het deel van WD’s Rule 59-motie met betrekking tot schadevergoeding als niet langer van belang beschouwd. Het verzoek om een nieuw proces werd afgewezen.
Hoewel de rechter vrijwel alle na-procesverzoeken van het opslagbedrijf afwees, noemden de advocaten van Gibson Dunn de verlaging van de schadevergoeding een belangrijke overwinning.
SPEX presenteerde een schade-theorie gebaseerd op licentie-inspanningen, ondersteund door verklaringen van lekengetuigen tijdens het proces. De rechtbank keurde WD’s Rule 50(a)-motie goed om deze vergelijkbare licentie-theorie te schrappen, maar stond SPEX toe een aangepaste schade-theorie te presenteren die steunde op bewijs dat al tijdens het proces was ingebracht.
Het ‘802-octrooi dat centraal staat in deze zaak heeft als titel Randapparaat met geïntegreerde beveiligingsfunctionaliteit en beschrijft een randapparaat, zoals een draagbare harde schijf, dat ontworpen is om beveiligingsoperaties uit te voeren op gegevens die naar een hostcomputer worden verzonden of omgekeerd.