Wereldwijd riskeren bedrijven miljarden aan omzetverlies als zij de adoptie van kunstmatige intelligentie te langzaam oppakken. Tegelijkertijd verwachten veel CIO’s dat juist een snelle en doordachte inzet van AI hen in staat stelt grotere concurrenten voorbij te streven en nieuwe marktkansen te benutten.
Uit de nieuwste editie van de Couchbase FY 2026 CIO AI Survey blijkt dat organisaties gemiddeld 8,6 procent van hun omzet mislopen als zij achterblijven in de adoptie van kunstmatige intelligentie. Omgerekend gaat het om zo’n 87 miljoen dollar per jaar per onderneming. Tegelijkertijd verwachten CIO’s dat hun AI-budgetten in 2025 en 2026 met 51 procent zullen groeien, aanzienlijk meer dan de 35 procent waarmee digitale modernisering in zijn geheel stijgt.
De onderzoeksresultaten laten zien dat AI niet langer wordt gezien als experimentele technologie, maar als bepalend onderdeel van de strategische koers. Dat verklaart ook waarom 96 procent van de respondenten aangeeft dat er een harde deadline is om AI in te voeren, waarvan 87 procent deze binnen zes maanden ziet naderen.
Implementatie van AI is uitdaging
Ondanks het optimisme van 73 procent van de CIO’s, stuiten organisaties vrijwel overal op obstakels. Maar liefst 99 procent heeft te maken gehad met problemen die AI-projecten vertraagden of zelfs stillegden. Gemiddeld gaat het om ruim vijf maanden vertraging van strategische doelstellingen. Wereldwijd bedraagt dit 5,84 maanden en een kostenimpact van 42 miljoen dollar. In Europa liggen de cijfers op hetzelfde niveau, terwijl de Verenigde Staten met 5,5 maanden en 38 miljoen dollar iets beter scoren. Dit verschil suggereert dat Amerikaanse organisaties sneller de stap naar productie weten te zetten.
De survey benadrukt bovendien het belang van een experimenteercultuur. Bedrijven die experimenteren stimuleren, krijgen tien procent meer projecten daadwerkelijk in productie en verliezen dertien procent minder van hun AI-budgetten. De boodschap is dat vernieuwing gebaat is bij gecontroleerd testen en leren, zolang er duidelijke kaders voor governance en security zijn.
Een ander groot thema is data. Zeventig procent van de CIO’s geeft aan dat het eigen begrip van de datavereisten voor AI ontoereikend is. Zonder hoogwaardige, goed ontsloten en beheerde data stokt de ontwikkeling. Slechts een kleine minderheid beschikt over een volwassen vector-database, terwijl dit type technologie cruciaal is voor generatieve en agentic AI. De gemiddelde levensduur van bestaande AI-architecturen wordt geschat op slechts achttien maanden. Het is daarom niet verwonderlijk dat driekwart van de organisaties inzet op consolidatie van hun technologische stack om complexiteit en risico’s te beperken.
De resultaten laten een dubbel beeld zien. De bereidheid tot investeren is groot en het enthousiasme overheerst, maar de risico’s en obstakels zijn reëel. Wie AI succesvol wil inzetten, zal nu moeten bouwen aan een solide datafundament en ruimte moeten scheppen voor gecontroleerde experimenten. Alleen zo wordt de forse investeringsgolf in AI omgezet in tastbaar concurrentievoordeel.