2min

Jeff Bezos, CEO van Amazon, schrijft ieder jaar een brief naar aandeelhouders. Dit jaar praat hij met name over Amazon Web Services (AWS) en databases, meldt ZDNet. “Veel van wat we bij AWS bouwen, is gebaseerd op wat we horen van klanten”, aldus de CEO in zijn brief. 

“Het is belangrijk om klanten te vragen wat ze willen, goed te luisteren naar hun antwoorden en een plan te bedenken om dit goed en snel te leveren”, gaat Bezos verder. “Geen enkel bedrijf kan het goed doen zonder zo’n obsessie met zijn klanten. Maar het is niet genoeg. De belangrijkste dingen zijn dingen waar klanten niet van weten dat ze er om moeten vragen. We moeten voor hen dingen uitvinden.”

Volgens Bezos is AWS als geheel daar een voorbeeld van. “Niemand vroeg om AWS”, stelt hij. “Blijkt dat de wereld eigenlijk klaar was voor een dienst als AWS, maar het niet wist. We hadden een vermoeden, volgden onze nieuwsgierigheid, namen de vereiste financiële risico’s en begonnen te bouwen, te experimenteren en ontelbare keren te itereren.”

Databases

Bezos vertelt verder dat het bedrijf optimistisch is over gespecialiseerde databases voor gespecialiseerde workloads. “In de afgelopen twintig tot dertig jaar draaiden bedrijven de meeste workloads op relationele databases. De vertrouwdheid met relationele databases onder ontwikkelaars maakten de technologie de standaard, zelfs als het niet ideaal was.” De datasets waren vaak klein genoeg en de acceptabele query latencies lang genoeg dat het wel werkte, aldus de CEO.

Nu is dat echter anders. “Veel applicaties slaan grote hoeveelheden data op – terabytes en petabytes. En de eisen voor apps zijn gewijzigd. Moderne applicaties zorgen voor een vraag naar lage latencies, real-time verwerking en de mogelijkheid om miljoenen vragen per seconden te verwerken.”

Daarom zouden gespecialiseerde databases voor specifieke workloads – zoals Amazon ElastiCache, Amazon Timestream en Amazon Quantum Ledger Database – de toekomst kunnen zijn. “De juiste tool voor de juiste taak bespaart geld en brengt je product sneller op de markt.”