Observability is het wapen tegen de complexe hybride IT-chaos

Observability is het wapen tegen de complexe hybride IT-chaos

De digitale afhankelijkheid van organisaties groeit met de dag. Er zijn honderden applicaties en infrastructuurcomponenten actief om de bedrijfsvoering te ondersteunen. Daar gelden vaak hoge eisen voor. De prestaties en beschikbaarheid zijn rechtstreeks verbonden met de klanttevredenheid en daarmee met het succes van een organisatie. Juist daarom wint observability snel aan belang. We spraken over de laatste ontwikkelingen rond dit onderwerp met Jean-Bastien Kalis, Global Competence Center Lead Observability bij Cegeka.

Jean-Bastien maakt duidelijk dat Cegeka vol inzet op het uitbouwen van de observability-mogelijkheden. Zelf kwam hij in 2023 aan boord bij Cegeka, toen het Belgische bedrijf zijn voormalige werkgever Key-Performance overnam. Sindsdien blijven de investeringen doorgaan. Mensen en technologie worden als sleutelcomponenten aangemerkt, met een gespecialiseerd team rond Dynatrace tot gevolg. Met dat platform doet Cegeka momenteel alles op het gebied van observability: van datacenter tot eindgebruiker. “Observability is geen modewoord, maar een noodzakelijke stap in hoe organisaties grip houden op steeds complexere IT-omgevingen”, zegt Jean-Bastien.

Zonder inzicht geen moderne architectuur

Om te begrijpen waarom observability zo’n vlucht neemt, is het belangrijk het verschil met klassieke monitoring te zien. Waar traditionele monitoring zich jarenlang vooral beperkte tot servers, netwerken en geheugenstatistieken, gaat observability een stap verder. Monitoring registreert vooral wat er gebeurt, terwijl observability laat zien waarom het gebeurt. Het legt verbanden tussen systemen, toont hoe componenten met elkaar interageren en geeft inzicht in de impact voor de eindgebruiker.

Volgens Jean-Bastien zit daar de kern van de waarde. “Het gaat niet alleen om cijfers, maar om context en oorzaken. Observability maakt zichtbaar hoe processen zich gedragen en waar de knelpunten liggen.” Dat inzicht is cruciaal nu IT-omgevingen steeds meer ingericht worden als hybride of multicloud. Organisaties hebben niet langer te maken met slechts één datacenter of applicatie, maar met dynamische ecosystemen die continu veranderen.

Aanvankelijk paste Cegeka Dynatrace vooral als component binnen de dienstverlening toe. In de hostingdienstverlening die het al jaren aanbiedt, bracht de technologie al snel meerwaarde. Inmiddels wordt het echter breed uitgerold naar klanten in een meer uitgebreide vorm. Het Dynatrace-platform kan namelijk eenvoudig automatisch verschillende systemen en applicaties herkennen. Het biedt de mogelijkheid om de gehele keten, van infrastructuur tot applicaties in kaart te brengen. Agents worden op servers of virtuele machines geplaatst en verzamelen voortdurend data.

“Alle services en requests tussen applicaties worden in kaart gebracht, zodat je direct ziet hoe het landschap in elkaar zit”, legt Jean-Bastien uit. Tegelijkertijd blijft maatwerk onmisbaar. De agent herkent wel een applicatie, maar begrijpt niet altijd welke servernamen of processen voor de business belangrijk zijn. Precies daar voegt Cegeka waarde toe door de context te configureren en extensies te ontwikkelen voor specifieke technologieën, zoals Teams-calls of data uit PaaS-omgevingen.

Van reactief naar proactief betekent grip op complexe IT

De vraag rijst vervolgens hoe organisaties het beheer van zo’n observability-platform invullen. In theorie zouden klanten zelf het functionele beheer op zich kunnen nemen, maar in de praktijk blijkt dat vaak lastig. De complexiteit van moderne IT-omgevingen vraagt om kennis en capaciteit die niet overal aanwezig zijn. Jean-Bastien schetst het dilemma. “Als een klant iemand fulltime zou moeten inzetten om alles te beheren, ontstaat er al snel een capaciteits- en kennisprobleem. Veel organisaties schakelen ons daarom in om de continuïteit te waarborgen.” Met een team van tientallen engineers kan Cegeka eenvoudig opschalen, ook bij piekbelasting of tijdens vakanties. Zo nemen zij de operationele zorg uit handen, terwijl klanten wel het inzicht en de rapportages behouden die nodig zijn om hun IT en business bij elkaar te brengen.

Wat dit in de praktijk betekent, is dat organisaties eindelijk de stap kunnen zetten van reactief naar proactief werken. Vroeger kwamen bedrijven dikwijls pas in actie bij klachten van gebruikers. Met de huidige technologie kunnen problemen nu proactief worden opgespoord en in de kiem gesmoord. Bijvoorbeeld, een organisatie zonder moderne monitoring blijft in het duister totdat een callcenter overbelast raakt met klachten. Met observability kunnen de afwijkingen veel eerder worden gesignaleerd, vaak nog voordat de eindgebruiker daar last van heeft. Dit verkort de doorlooptijd van probleemoplossing aanzienlijk en verkleint de kans dat klanten hinder ondervinden. “Het verschil tussen reactief en proactief werken kan maanden schelen. Problemen die vroeger weken of maanden bleven liggen, worden nu soms binnen dagen opgelost”, aldus Jean-Bastien.

De praktijk toont nut aan

Dat dit niet slechts theorie is, blijkt uit concrete cases die Jean-Bastien deelt. Bij de Belgische tak van Carglass werd bijvoorbeeld het interne boekingssysteem voor ruitvervanging intensief gemonitord. Daardoor werd zichtbaar welke callcenters efficiënter werkten en waar vertragingen ontstonden. Een ander sprekend voorbeeld komt uit de financiële sector, waar voor een Nederlandse bank de volledige keten van instant payments wordt gevolgd. Aangezien elke vertraging direct impact heeft op de klantervaring, stelt deze aanpak de bank in staat om problemen op te lossen nog voordat ze voelbaar worden voor gebruikers. Dit zijn twee sprekende voorbeelden die laten zien dat observability de technische betrouwbaarheid verhoogt en ook direct bijdraagt aan de business en de klanttevredenheid.

Wat kan wel en wat kan niet?

Het is belangrijk om te benadrukken dat Dynatrace verschillende monitoringdisciplines samenbrengt. Het functioneert als één platform dat end-to-end zicht biedt op het hele landschap, in plaats van een eigen tool voor elk IT-team met versnipperde data. Dat betekent snellere probleemoplossing en betere samenwerking tussen afdelingen. “De kracht zit in de integratie”, zegt Jean-Bastien. “In plaats van dat elke afdeling in zijn eigen silo kijkt, delen teams dezelfde inzichten en werken ze vanuit hetzelfde dashboard. Dat versnelt de zoektocht naar oorzaken en maakt samenwerking veel effectiever.” In hybride en multicloud-omgevingen, waar afhankelijkheden complexer en minder zichtbaar zijn, is zo’n integraal perspectief onmisbaar.

Toch zijn er grenzen aan wat observability kan bereiken. Legacy-systemen, zoals monolithische applicaties in C++ of COBOL op mainframes, laten zich moeilijk instrumenteren met moderne agents. Dit vormt in sommige sectoren een uitdaging, met name bij banken die nog stevig leunen op oudere kernsystemen. Volgens Jean-Bastien is dit echter een tijdelijk probleem. “De trend gaat richting modernere architecturen die wel geschikt zijn. Bedrijven migreren steeds vaker naar de cloud of naar microservices, waardoor de mogelijkheden voor observability toenemen.” Zelfs bij oudere applicaties kan nog steeds waardevolle informatie worden verkregen door de front-end en eindgebruikerservaring te monitoren. Daarmee blijft er toch grip mogelijk, zelfs wanneer de backend beperkt toegankelijk is.

Data zorgt voor daadkracht

De meerwaarde openbaart zich wat Jean-Bastien betreft echt wanneer observability wordt ingezet voor optimalisatie. Door prestaties vóór en ná migraties te vergelijken, kunnen organisaties objectief vaststellen of nieuwe omgevingen daadwerkelijk beter presteren. Een Belgische verzekeraar past dit systematisch toe bij de overgang van on-premises naar de cloud. “We kunnen aantonen dat de prestaties verbeteren en daarmee de business case voor migratie versterken”, zegt Jean-Bastien. Dit datagedreven werken maakt het mogelijk om investeringsbeslissingen goed onderbouwd te nemen, en het helpt bedrijven de waarde van digitalisering concreet inzichtelijk te maken.

Daarnaast is er de basis om incidenten te volgen van datacenter tot eindgebruiker. Incidenten worden automatisch gedetecteerd en gevisualiseerd, inclusief de impact op gebruikers. Een ontwikkelaar kan zo relatief snel achterhalen welke service verantwoordelijk is voor een storing, waardoor de oorzaak veel sneller gevonden wordt. Bovendien kan het systeem gebruikerssessies dertig dagen lang terugkijken, zodat exact kan worden achterhaald wat er gebeurde tijdens een incident. Voor organisaties die afhankelijk zijn van digitale dienstverlening betekent dit dat zoeken naar een naald in een hooiberg verandert in gericht en efficiënt onderzoek.

Observability als strategische investering

Tot slot nog even het zakelijke voordeel dat we eerder aanhaalden. Zo kan het platform tonen welke klantsegmenten problemen ervaren, of dat nu brons-, goud- of platinumklanten zijn. Een organisatie kan dan prioriteiten stellen en gericht handelen waar de impact het grootst is. “Observability verbindt techniek met business. Het gaat niet alleen om CPU en geheugen, maar om klanttevredenheid en omzet. Dat maakt het tot een strategische investering”, besluit Jean-Bastien.

Met zijn visie werkt Cegeka aan zijn ambitie om de observability-markt in Europa te dienen en uiteindelijk te leiden. Het team van specialisten dat 24/7 inzetbaar is, groeit gestaag. Daarnaast moet de combinatie van technologie en ervaring klanten helpen om controle te houden over hun steeds complexere IT-landschappen. “Onze ambitie is duidelijk: we willen de partner zijn die organisaties helpt om grip te krijgen op hybride en multicloud-omgevingen. Observability is daarin geen luxe, maar een voorwaarde om succesvol te blijven opereren”, aldus Jean-Bastien.

Tip: Welke cloudmigratiestrategie is het best voor jouw bedrijf?